Het oorspronkelijk model

Katleen Vinck woont en werkt in een grote oude elektriciteitscentrale in Antwerpen. Ze is beeldend kunstenaar en vermengt aspecten uit haar achtergrond in scenografie, beeldende kunst en architectuur tot hybride vormen. Ze wordt aangetrokken door natuurlijke fenomenen in ons landschap. Klif, rots, grot. Gefascineerd door hoe de mens deze natuurlijke verschijnselen via nabootsingen herleidt tot artificiële constructies tracht ze door middel van enscenering en archivering deze archetypes te doorgronden.

Katleen Vinck imiteert de menselijke nabootsingen en bijgevolg vormen haar objecten een eigen typologie. Aspecten uit haar achtergrond, scenografie, beeldende kunst en architectuur vermengen zich tot hybride vormen.

De laatste jaren had Katleen Vinck o.a. tentoonstellingen in de Warande Turnhout, MuZEE / Permekemuseum, Base-Alpha gallery en de Biënnale van Drenthe. Ze maakte in het verleden scenografieën voor verschillende theater- en dansgezelschappen in België, Nederland en Duitsland en ontwerpt regelmatig de scenografie voor tentoonstellingen in het Fotomuseum Antwerpen en voor Rasa. Tot 2016 leidde ze de afdeling scenografie aan de Antwerpse Academie. 

Voor haar werk op het dorplein van Sint-Martens-Bodegem verdiepte Katleen Vinck zich in de hopcultuur van de regio. De lokale geschiedenis en de structuur van het dorp is verwerkt in dit kunstwerk. In het hopmuseum hangt een tekening waar we zien dat hop op een soort kunstmatige heuvels werd verbouwd. Hopteelt is typisch voor Sint-Martens-Bodegem. Vlakbij het Dorpsplein bevindt zich nog een hoppeveld.

De interventie verwijst ook naar de structuur van de Sint-Martinuskerk op de heuvel en de ring rond het werk naar de straten die op het plein uitgeven.

De materialen zijn kunstmatig, ook al zien ze er organisch uit (acryl, hars, staal). Het wordt aangetast (net als beton of steen), zo krijg je wisselwerking tussen architectuur en natuur.